• Volg ons op:

“Het kan echt anders in de landbouw”

17 apr. 2020
  • Van boer tot bloemenvaas

    Cornelis Mosselman;

    “Het kan echt anders in de landbouw” 

    Voorjaar, hier en daar steekt fris groen net boven de grond uit. Maar de meeste akkers zijn nog grijs en kaal. Een deel van de grond achter het huis van Cornelis Mosselman ziet er heel anders uit: weelderig groen. Wikke staat er, en andere groenbemesters. Een teken dat de agrariër aan de Altekleinsedijk in Ooltgensplaat het boeren heel anders aanpakt. Hij zit midden in een radicale transitie, die in vijf, zes jaar zijn beslag moet krijgen: van traditioneel naar biologisch… en meer.

    Mosselman is innovatief bezig. Hij werkt samen met bijvoorbeeld Wageningen University & Research, krijgt tal van collega-agrariërs en andere belangstellenden over de vloer en geeft regelmatig interviews. Hij heeft het plan om ook te gaan vloggen, om de consument te bereiken. Niet vreemd: Cornelis Mosselman heeft een boeiend verhaal, dat hij – zoals zijn website meldt – graag vertelt.

    Schaalvergroting

    “Mijn vader begon in 1990 op deze plek. Ik was toen 8 jaar. We hadden nog koeien, het was een gemengd bedrijf. Veehouders waren tijdens de ruilverkaveling naar de buitenpolders met zware klei gegaan. Ik had nooit veel met koeien. Toen ik de boerderij in 2006 overnam van mijn ouders, heb ik al gauw de keus gemaakt om die 35 koeien weg te doen. Daarna heb ik me vijf jaar beziggehouden met grootschalige akkerbouw op 160 tot 170 hectare. Heel veel uren heb ik toen gemaakt.”

    Uiteindelijk gaf dat geen echte voldoening. “Ik heb de schaalvergroting aan den lijve ondervonden. En ik heb levenservaring opgedaan. Ik ging met andere ogen kijken en dacht: is dit wat ik mijn hele leven wil blijven doen, wat voor bedrijf wil ik hebben, wat past bij mij? Dat is in ieder geval niet: meer, meer, meer. Wat ik wilde was een toekomstbestendig bedrijf.”

    Een bedrijf dat zich bekommert om de kwaliteit van de bodem, chemische middelen de deur uit doet en op zoek gaat naar verbinding tussen boer en consument. “Het is heel jammer dat die verbinding, die er altijd is geweest, na de Tweede Wereldoorlog is verdwenen. Toen hebben we een ander systeem gecreëerd omdat er honger was: een systeem van schaalvergroting, monocultuur en lage prijzen. En een systeem waar je niet zomaar uit kan stappen. Maar ik wilde uit die bubbel.”
    “Tegen spuiten kreeg ik steeds meer aversie”, zegt Cornelis Mosselman als hij de uitwassen van ‘het systeem’ opsomt. Hij noemt ook de ruilverkaveling, die naast praktisch nut voor de boer negatieve effecten had op de natuurwaarden. “Word je daar blij van?”

    Rigoureuze keuzes

    De vraag kwam op of het creëren van een toekomstbestendig bedrijf mogelijk is op de zware klei van de Mariapolder. De grond is een nadeel, geeft Mosselman aan, maar de voordelen van de locatie gaven de doorslag om te blijven. Die voordelen zijn: voldoende 
    zoet water in de buurt en een goede verkaveling, vlak bij de boerderij. “Ik ken ieder stukje grond en heb er de afgelopen jaren veel in geïnvesteerd.”

    In 2017 begon de omschakeling. “Je moet rigoureuze keuzes maken. Een van de eerste stappen die ik heb gezet, is het verkopen van mijn suikerrechten. Het verbouwen van suikerbieten brengt de grond om zeep, het is een van de schadelijkste teelten vanwege de vele tonnen die het land af moeten.”
    Mosselman trekt er vijf, zes jaar voor uit om het bedrijf te creëren wat hij voor ogen heeft. “Het moet opbloeien. Ik zit midden in de omschakeling. Dit is het derde jaar. Eind 2022 moet dit een van de duurzaamste landbouwbedrijven van Nederland zijn, in verbinding met de consument. Dat is een uitdaging – wat gebeurt er met de grond en met jou als ondernemer? – en een forse ambitie, maar het gaat lukken. Ik wil me onderscheiden.”

    Enorme vrijheid

    “Biologisch gaan telen is nogal wat. Je stopt met gewasbeschermingsmiddelen en kunstmest, want die zijn funest voor de bodem. De spuitmachine gaat de deur uit, en de kiepers en grote machines ook”, zegt Cornelis Mosselman. “Het kost veel geld – nieuwe machines vormen een grote kostenpost – en je hebt minder opbrengst. Het is een forse diepte-investering, onderschat dat niet. Maar door het afstoten van een stuk grond en een investeerder heb ik financiële ruimte en kan ik het gaan doen zoals ik echt wil. Ik voel een enorme vrijheid nu ik geen keuzes meer maak voor de korte termijn, maar voor de lange termijn. Dat geeft veel positiviteit en energie.”

    Op een deel van de akker kwam grasklaver, dat goed is voor de bodem en het bodemleven, de biodiversiteit bevordert en de groei van onkruid onderdrukt. Zonder bemesting. “Het verbaast je hoe goed het groeit zonder enige vorm van bemesting. In twee jaar tijd is de grond goed gezond geworden.” Het gebruik van bokashi, een milieuvriendelijke bemester, kan het gewas nog een extra groei-impuls geven.

    Een ander onderdeel van de transitie is de introductie van vaste rijpaden op de akkers. Dit om een eind te maken aan de grote kwaliteitsvermindering van de grond als er grote kiepwagens met brede banden en zware machines overheen rijden. “Dat verdicht de bodem en ondermijnt het bodemleven”, zegt de bevlogen boer. De nieuwe machines, die veel lichter zijn, rijden op vaste sporen met een breedte van iets meer dan 3 meter.

    Strokenteelt

    Het gewas komt dit jaar voor het eerst in stroken op de akker te staan. Geen aardappelen of suikerbieten, maar gewassen als uien, pompoen, kool, witlof en pastinaak. Misschien ook tarwe of bonen. “Dat is goed voor de biodiversiteit. Ik heb die strokenteelt min of meer zelf bedacht, maar het gebeurt ook op andere plaatsen, zoals de Boerderij van de Toekomst in Lelystad, een initiatief van ‘Wageningen’. Mooi dat je van twee plaatsen op hetzelfde uitkomt. Wageningen kijkt hier trouwens ook mee.” Cornelis Mosselman, die zichzelf een boer in hart en nieren noemt, zegt niet de pretentie te hebben alles te weten, maar juist door een open houding verder te willen komen. “Ik zie geen hobbels. Anderen wel. Maar als er een probleem is, kun je zoeken naar een oplossing. Waar het om gaat is: waar wil je naartoe met je bedrijf?”

    Hij ziet van alles gebeuren in den lande en wereldwijd, er zijn meer boeren die het anders willen en de ‘regeneratieve landbouw’ lijkt bezig te zijn met een opmars. Maar, ziet hij ook, de meeste agrariërs zitten vast in het systeem van ‘meer, meer, meer’. De boerenprotesten begrijpt hij wel, maar zullen uiteindelijk niet het door de boeren gewenste effect hebben. “Je bereikt er niets mee en het geeft veel negativiteit. Boeren moeten zich aanpassen of stoppen.”

    “Ach, misschien is wat ik doe niet voor iedereen weggelegd, maar ik vind het mooi. Mijn insteek is dat ik goed voor de grond wil zorgen. Het kan, het kan echt anders.”

    Voedselbos?

    Cornelis Mosselman heeft het idee om een klein deel van zijn land in te richten als voedselbos. “Dat is permacultuur: een systeem dat zichzelf in stand houdt. Super boeiend, een fascinerend idee: bomen en planten die elkaar versterken en die vrucht geven zonder dat je iets hoeft te doen.” Een idee dat goed past bij de omschakeling die de boer uit Ooltgensplaat in gang heeft gezet: van boeren op grote schaal, in monocultuur, naar kleinschalig biologisch boeren.

    Het leek erop dat het realiseren van dit idee nog een stap te ver is. Je moet immers tien jaar overbruggen voordat je een goed functionerend voedselbos hebt. “Maar het blijft toch kriebelen. Ik zou het toch willen doen. Ook om de verbinding te maken met de consument, die hier vlakbij ook Sluishaven en de natuurspeeltuin vindt.”

    Bron; Eilanden Nieuws - Agrarische bijlage maart 2020 - Tekst; Kees van Rixoort - Foto's Wim van Vossen Fotografie